Ponsband

Stukje ponsband uit ca. 1984

De ponsband is een van de oudste vormen van gegevensopslag, die haar oorsprong vindt in de vroege 19eeeuw.

Hoewel het gebruik ervan in de jaren ’80 en ’90 vrijwel volledig werd verdrongen door nieuwere technologieën zoals magnetische banden en diskettes, hield deze robuuste en eenvoudige methode voor gegevensinvoer en -opslag en werpt een blik op waarom sommige bedrijven en instellingen er tot in de jaren ’80 aan bleven vasthouden.

De ponsband, of eigenlijk de ponskaart werd oorspronkelijk ontwikkeld in de vroege 1800s voor gebruik in weefmachines, zoals de Jacquard-weefgetouwen. Deze machines gebruikten ponskaarten om patronen te weven in textiel. Het concept werd later overgenomen in de 19e en 20e eeuw voor het opslaan van teksten en gegevens in verschillende machines, van telegrafiesystemen tot vroege computers.

In de jaren 1930 tot 1970 werd de ponsband een standaard gegevensopslag in telecommunicatie- en computeromgevingen. De eenvoudige constructie van papier met gaatjes die verschillende karakters of opdrachten representeren maakte het een betrouwbare en goedkope opslagmethode. Terwijl moderne opslagmedia opkwamen, zoals magneetbanden, floppydisks en later harde schijven, raakte de ponsband uiteindelijk verouderd.

Ondanks de beschikbaarheid van nieuwe technologieën, bleef de ponsband in bepaalde sectoren verrassend lang in gebruik. Sommige bedrijven of instellingen hielden vast aan de technologie omdat hun systemen er nog steeds op waren gebaseerd en een overstap naar moderne methoden was vaak kostbaar en tijdrovend. Bovendien was de ponsband robuust, gemakkelijk te gebruiken en vereiste het geen complexe hardware om te lezen of te schrijven, wat het aantrekkelijk maakte voor specifieke toepassingen.

Een stukje geschiedenis uit 1984

Het verhaal van de persoon van wie ik het stukje ponsbans heb gekregen illustreert hoe deze technologie ondanks de beschikbaarheid van moderne opslagmedia, nog steeds in gebruik was in het midden van de jaren ’80. Hoewel andere opslagmedia al gangbaardere werden.

De ponsband, wat een uitvinding!

Tijdens mijn Biologiestudie deed ik eind jaren tachtig ook onderzoek bij het Biologisch Archeologisch Instituut van de RUG in Groningen.

Een doctoraal student deed onderzoek naar dierenbotten van een opgraving. Hiervoor moesten de maten (lengte, breedte, dikte, etc.) worden geregistreerd.

Aan de hand van deze metingen, kon worden onderzocht hoeveel dieren een nederzetting had gehad en op welke leeftijd ze waren geslacht. Veel oude dieren geven een bepaalde welvaart aan, omdat de dieren de tijd hadden om te groeien en niet direct moesten worden opgegeten in verband met bv. hongersnood.

Er werd een schuifmaat gebruikt, die gekoppeld was aan een voetpedaal. Als de juiste afmeting was ingesteld, werd op het voetpedaal gedrukt en werden de gegevens opgeslagen op ponskaarten.

’s Avonds werden alle ponskaarten in een bepaalde volgorde in een doos verzameld en per fiets vanuit de Oude Boteringestraat naar Paddepoel gebracht, waar het Rekencentrum van de universiteit zat, die alles verwerkte in mooie overzichten.

Op een frisse avond had het helaas geijzeld en ging de student tijdens zijn trip naar Paddepoel met zijn fiets onderuit. Alle ponskaarten lagen nu in willekeurige volgorde languit over de straat verspreid. Hoe krijg je al die kaarten weer in de juiste volgorde???

Gelukkig is later de ponsband uitgevonden, zodat dit probleem zich nooit meer voor zou doen.

J.D.” 

De ponsband mag dan een verouderde technologie lijken maar de robuustheid en eenvoud ervan zorgden ervoor dat het in sommige sectoren nog tot ver in de jaren ’80 werd gebruikt. Het verhaal hierboven benadrukt hoe de overstap naar nieuwere technologieën niet altijd zo snel gaat als men zou verwachten en hoe oude systemen vaak langer meegaan dan hun tijdgenoten.


Geplaatst

in

door